Gezondheidsplein is een informatieve website over gezondheid. De gezondheidsinformatie op deze website staat los van eventueel getoonde advertenties.

Darmen

Bouw van de darmen

De darmen zijn onderdeel van je spijsverteringskanaal. Wanneer je voedsel je maag gepasseerd is, komt het in de dunne darm terecht. De dunne darm heeft een lengte van ongeveer 6 meter en bestaat uit:

  • De twaalfvingerige darm, die ook wel duodenum wordt genoemd. Deze is 25 centimeter lang.
  • De nuchtere darm, die ook wel jejunum wordt genoemd. Deze is twee meter lang.
  • De kronkeldarm, die ook wel ileum wordt genoemd. Deze is drie meter lang.

Na de dunne darm volgt de dikke darm, ook wel colon genoemd. Onderaan het begin van de dikke darm hangt nog een dun aanhangsel. Dit is de blindedarm. Na de dikke darm volgt de endeldarm ofwel rectum. Helemaal onderaan zit je anus, de plek waar de ontlasting je lichaam verlaat. 

Bouw van de dunne darm

De wand van de dunne darm heeft een complexe anatomie en bestaat uit drie lagen, namelijk:

  • Een dubbele spierlaag die ervoor zorgt dat de darm het voedsel kan voortbewegen.
  • Een laag bindweefsel.
  • Een laag slijmvlies.

Het slijmvlies van de dunne darm is de binnenste laag. Deze laag is sterk geplooid en heeft ook nog heel veel kleine uitsteeksels (darmvlokken of villi). Hierdoor is het totale oppervlakte van de dunne darm erg groot, namelijk 150 tot 200 vierkante meter. In de slijmvlieslaag van de darm liggen ook kleine klieren die darmsappen produceren. Deze sappen bevatten onder andere verteringsenzymen.

Bouw van de dikke darm

De wand van de dikke darm heeft dezelfde drie lagen als de dunne darm. Echter, de slijmvlieslaag van de dikke darm is niet zo geplooid als die van de dunne darm. De dikke darm is groter in diameter en is een stuk korter dan de dunne darm. De dikke darm is namelijk één meter lang.

De darmen zijn onderdeel van je spijsverteringskanaal. Wanneer je voedsel je maag gepasseerd is, komt het in de dunne darm terecht. De dunne darm heeft een lengte van ongeveer 6 meter en bestaat uit:

  • De twaalfvingerige darm, die ook wel duodenum wordt genoemd. Deze is 25 centimeter lang.
  • De nuchtere darm, die ook wel jejunum wordt genoemd. Deze is twee meter lang.
  • De kronkeldarm, die ook wel ileum wordt genoemd. Deze is drie meter lang.

Na de dunne darm volgt de dikke darm, ook wel colon genoemd. Onderaan het begin van de dikke darm hangt nog een dun aanhangsel. Dit is de blindedarm. Na de dikke darm volgt de endeldarm ofwel rectum. Helemaal onderaan zit je anus, de plek waar de ontlasting je lichaam verlaat. 

Bouw van de dunne darm

De wand van de dunne darm heeft een complexe anatomie en bestaat uit drie lagen, namelijk:

  • Een dubbele spierlaag die ervoor zorgt dat de darm het voedsel kan voortbewegen.
  • Een laag bindweefsel.
  • Een laag slijmvlies.

Het slijmvlies van de dunne darm is de binnenste laag. Deze laag is sterk geplooid en heeft ook nog heel veel kleine uitsteeksels (darmvlokken of villi). Hierdoor is het totale oppervlakte van de dunne darm erg groot, namelijk 150 tot 200 vierkante meter. In de slijmvlieslaag van de darm liggen ook kleine klieren die darmsappen produceren. Deze sappen bevatten onder andere verteringsenzymen.

Bouw van de dikke darm

De wand van de dikke darm heeft dezelfde drie lagen als de dunne darm. Echter, de slijmvlieslaag van de dikke darm is niet zo geplooid als die van de dunne darm. De dikke darm is groter in diameter en is een stuk korter dan de dunne darm. De dikke darm is namelijk één meter lang.

Spijsverteringsstelsel, darmen

Functie van de darmen

Je darmen spelen een belangrijke rol bij de spijsvertering. Hieronder wordt per onderdeel van het darmstelsel de functie besproken. 

Dunne darm

De functie van de dunne darm is het verteren van voedsel en het opnemen van voedingstoffen uit je voedsel. Dit doet hij door verteringssappen aan het voedsel toe te voegen. Met zijn dubbele spierlaag kneedt de dunne darm het voedsel waardoor het goed mengt met de verteringssappen. En op deze manier stuwt je darm de voedselbrij ook voort in de richting van de dikke darm (peristaltische bewegingen). Het enorme oppervlakte van de dunne darm zorgt voor de grote opnamecapaciteit van voedingstoffen. Voedsel verblijft ongeveer vier tot acht uur in de dunne darm. Het voedsel wat onverteerbaar is en dus overblijft, komt in de dikke darm terecht.

Dikke darm

Wanneer de voedselresten in de dikke darm aankomen zijn de voedingstoffen er al uitgehaald door de dunne darm. Er zit nog wel veel vocht in de voedselbrij. De functie van je dikke darm is het onttrekken van vocht aan de ontlasting. Ook de dikke darm stuwt de voedselbrij, we spreken inmiddels van ontlasting, voort middels peristaltische bewegingen. Deze bewegingen worden versterkt door eten. Daarom is het eten van een ontbijt zo belangrijk. Door ’s ochtends wat te eten wordt de dikke darm in beweging gezet en de spijsvertering geactiveerd.

Endeldarm

De endeldarm vormt de opslagplek voor de ontlasting totdat deze vol zit. Als je endeldarm vol zit, gaat er een seintje naar je hersenen waardoor je aandrang krijgt om naar het toilet te gaan. De ontlasting verblijft ongeveer 24 uur in je endeldarm voordat je het uitpoept.

Anus

Je ontlasting verlaat je lichaam via je anus. Je anus bestaat uit kringspieren die ervoor zorgen dat je endeldarm afgesloten is. Je anus vormt een barrière voor ziekteverwekkers die in je endeldarm klachten kunnen veroorzaken, maar bovendien zorgt je anus ervoor dat lucht en ontlasting je lichaam kan verlaten.

Je darmen spelen een belangrijke rol bij de spijsvertering. Hieronder wordt per onderdeel van het darmstelsel de functie besproken. 

Dunne darm

De functie van de dunne darm is het verteren van voedsel en het opnemen van voedingstoffen uit je voedsel. Dit doet hij door verteringssappen aan het voedsel toe te voegen. Met zijn dubbele spierlaag kneedt de dunne darm het voedsel waardoor het goed mengt met de verteringssappen. En op deze manier stuwt je darm de voedselbrij ook voort in de richting van de dikke darm (peristaltische bewegingen). Het enorme oppervlakte van de dunne darm zorgt voor de grote opnamecapaciteit van voedingstoffen. Voedsel verblijft ongeveer vier tot acht uur in de dunne darm. Het voedsel wat onverteerbaar is en dus overblijft, komt in de dikke darm terecht.

Dikke darm

Wanneer de voedselresten in de dikke darm aankomen zijn de voedingstoffen er al uitgehaald door de dunne darm. Er zit nog wel veel vocht in de voedselbrij. De functie van je dikke darm is het onttrekken van vocht aan de ontlasting. Ook de dikke darm stuwt de voedselbrij, we spreken inmiddels van ontlasting, voort middels peristaltische bewegingen. Deze bewegingen worden versterkt door eten. Daarom is het eten van een ontbijt zo belangrijk. Door ’s ochtends wat te eten wordt de dikke darm in beweging gezet en de spijsvertering geactiveerd.

Endeldarm

De endeldarm vormt de opslagplek voor de ontlasting totdat deze vol zit. Als je endeldarm vol zit, gaat er een seintje naar je hersenen waardoor je aandrang krijgt om naar het toilet te gaan. De ontlasting verblijft ongeveer 24 uur in je endeldarm voordat je het uitpoept.

Anus

Je ontlasting verlaat je lichaam via je anus. Je anus bestaat uit kringspieren die ervoor zorgen dat je endeldarm afgesloten is. Je anus vormt een barrière voor ziekteverwekkers die in je endeldarm klachten kunnen veroorzaken, maar bovendien zorgt je anus ervoor dat lucht en ontlasting je lichaam kan verlaten.

Werking van de darmen

Vertering en opname van voedingstoffen

De twaalfvingerige darm en de dunne darm zorgen voor de voedselvertering. Hiervoor hebben ze verteringssappen nodig. Je lever maakt galvloeistof aan en je alvleesklier maakt alvleeskliersap. Het gal en het alvleeskliersap komen samen in de twaalfvingerige darm. Het gal zorgt ervoor dat vetdruppeltjes in nog kleinere druppeltjes uiteenvallen, waardoor ze gemakkelijker te verteren zijn door de sappen van de alvleesklier. Het alvleeskliersap zorgt voor de vertering van vetten, suikers en eiwitten. 

Door de vertering van voedsel komen allerlei bruikbare voedingstoffen vrij. Deze eiwitten, vetten, suikers, vitamines en mineralen worden opgenomen in je lichaam via de wand van de dunne darm, en met name in de nuchtere darm. Vitamine B12 is een uitzondering, dit kan alleen door de kronkeldarm worden opgenomen. 

Als de voedingstoffen door je darmwand zijn opgenomen, worden ze via je bloed en je lymfevocht naar je lever vervoerd. Je lever maakt er bruikbare stoffen van die lichaamscellen kunnen gebruiken als bouwstof en energie.

Indikken van ontlasting

De voedselbrij die vanuit de dunne darm de dikke darm binnenkomt is nog zo dun als water. De dikke darm trekt het water en de zouten die nog in de brij zitten eruit. De onverteerde voedselresten die in de voedselbrij zitten worden in de dikke darm verwerkt door de vele bacteriën die zich hier bevinden. De stoffen die vrijkomen bij dit proces stimuleren de dikke darm om te bewegen, maar ze zorgen er ook voor dat er gassen ontstaan, met het gevolg dat je wel eens een windje moet laten.

Per dag verlaat ongeveer 100 tot 150 gram ontlasting je lichaam. Ontlasting bestaat uit voedselresten die niet te verteren zijn, dode cellen afkomstig van de darmwand, galkleurstof, slijm en nog wat overgebleven water en zouten.

Vertering en opname van voedingstoffen

De twaalfvingerige darm en de dunne darm zorgen voor de voedselvertering. Hiervoor hebben ze verteringssappen nodig. Je lever maakt galvloeistof aan en je alvleesklier maakt alvleeskliersap. Het gal en het alvleeskliersap komen samen in de twaalfvingerige darm. Het gal zorgt ervoor dat vetdruppeltjes in nog kleinere druppeltjes uiteenvallen, waardoor ze gemakkelijker te verteren zijn door de sappen van de alvleesklier. Het alvleeskliersap zorgt voor de vertering van vetten, suikers en eiwitten. 

Door de vertering van voedsel komen allerlei bruikbare voedingstoffen vrij. Deze eiwitten, vetten, suikers, vitamines en mineralen worden opgenomen in je lichaam via de wand van de dunne darm, en met name in de nuchtere darm. Vitamine B12 is een uitzondering, dit kan alleen door de kronkeldarm worden opgenomen. 

Als de voedingstoffen door je darmwand zijn opgenomen, worden ze via je bloed en je lymfevocht naar je lever vervoerd. Je lever maakt er bruikbare stoffen van die lichaamscellen kunnen gebruiken als bouwstof en energie.

Indikken van ontlasting

De voedselbrij die vanuit de dunne darm de dikke darm binnenkomt is nog zo dun als water. De dikke darm trekt het water en de zouten die nog in de brij zitten eruit. De onverteerde voedselresten die in de voedselbrij zitten worden in de dikke darm verwerkt door de vele bacteriën die zich hier bevinden. De stoffen die vrijkomen bij dit proces stimuleren de dikke darm om te bewegen, maar ze zorgen er ook voor dat er gassen ontstaan, met het gevolg dat je wel eens een windje moet laten.

Per dag verlaat ongeveer 100 tot 150 gram ontlasting je lichaam. Ontlasting bestaat uit voedselresten die niet te verteren zijn, dode cellen afkomstig van de darmwand, galkleurstof, slijm en nog wat overgebleven water en zouten.

Problemen met de darmen

Er zijn verschillende aandoeningen die gepaard gaan met darmklachten. Zo kan een voedselvergiftiging of een maag-darmontsteking voor diarree zorgen. Je kunt last hebben van winderigheid.

Een darmperforatie of een darmafsluiting kan ontstaan ten gevolge van een ontsteking in de darm. Het zijn bijvoorbeeld mogelijke complicaties van een chronische darmziekte de ziekte van Crohn. Crohn kan in je hele darmstelsel voorkomen. Een andere chronische ontstekingsziekte van de darm kan alleen in de dikke darm voorkomen, namelijk colitis ulcerosa

Het prikkelbare darm syndroom wordt ook wel spastisch colon genoemd. Het prikkelbare darm syndroom is onschuldig maar kan erg hinderlijk zijn doordat het buikpijn veroorzaakt.

Je spreekt van darmkanker wanneer een kwaadaardige tumor in je darm groeit.

Er zijn verschillende aandoeningen die gepaard gaan met darmklachten. Zo kan een voedselvergiftiging of een maag-darmontsteking voor diarree zorgen. Je kunt last hebben van winderigheid.

Een darmperforatie of een darmafsluiting kan ontstaan ten gevolge van een ontsteking in de darm. Het zijn bijvoorbeeld mogelijke complicaties van een chronische darmziekte de ziekte van Crohn. Crohn kan in je hele darmstelsel voorkomen. Een andere chronische ontstekingsziekte van de darm kan alleen in de dikke darm voorkomen, namelijk colitis ulcerosa

Het prikkelbare darm syndroom wordt ook wel spastisch colon genoemd. Het prikkelbare darm syndroom is onschuldig maar kan erg hinderlijk zijn doordat het buikpijn veroorzaakt.

Je spreekt van darmkanker wanneer een kwaadaardige tumor in je darm groeit.

Deze informatie is gecontroleerd door: K. Vos, huisarts

.
- Advertentie -
- Advertentie -