Voor DES-onderzoek bestaat een apart protocol: richtlijnen waar een gynaecoloog op moet letten bij een patient die met DES in aanraking is geweest. DES-dochters hebben verhoogde kans op een gynaecologische kanker. Bij een (mogelijke) DES-dochter controleert de gynaecoloog of er aanwijzingen zijn dat zich kanker aan het ontwikkelen is. Dat doet hij op drie manieren. Allereerst maakt hij een aantal uitstrijkjes; vier van de vagina, en een van de baarmoedermond. Hij kijkt in de baarmoeder met een colposcoop (een soort microscoop). Met de hand onderzoekt hij de vaginawanden en de buik.
Het is nuttig om te weten of iemand met DES in aanraking is geweest of niet. Maar niet elke moeder weet of ze DES heeft gebruikt tijdens de zwangerschap. De vraag is dan wie op zoek moeten gaan naar meer informatie over hun medicijnverleden. Dit geldt voor vrouwen die zich herinneren dat zij tijdens zwangerschap(pen) tussen 1947 en 1975 medicijnen voorgeschreven kregen. Ook vrouwen die in die periode een (dreigende) miskraam of vroeggeboorte hadden en daarna al dan niet opnieuw zwanger werden, zijn een risicogroep. Ook vrouwen met diabetes die in die periode zwanger zijn geweest kunnen DES gebruikt hebben.
Borsten onderzoeken en op controle bij de gynaecoloog
Al deze vrouwen en hun dochters doen er goed aan om voor controle naar de gynaecoloog te gaan. Soms is het medicijngebruik makkelijk te achterhalen, als de oude medische dossiers nog bestaan. Maar vaak bestaan deze niet meer. Bij twijfel is het verstandig om op controle te gaan bij een gynaecoloog. Omdat DES-moeders verhoogde kans hebben op borstkanker, wordt aangeraden dat ze regelmatig hun borsten onderzoeken op de aanwezigheid van knobbeltjes. Ook wordt aangeraden om deel te nemen aan het bevolkingsonderzoek naar borstkanker. Hiervoor worden alle vrouwen tussen de 50 en 79 jaar automatisch elke twee jaar schriftelijk opgeroepen via hun huisarts.
DES-dochters wordt aangeraden om voor controle regelmatig naar de gynaecoloog te gaan. Gynaecologen hebben een protocol met standaardregels voor controle bij DES-dochters. Maar niet elke zoon of dochter weet of diens moeder DES geslikt heeft. Wie dit vermoeden heeft, en zich afvraagt of het nodig is om zich te laten onderzoeken, kan ook met vragen terecht bij het DES-centrum (zie 'Andere sites'). Een gynaecoloog kan meestal door onderzoek vaststellen of iemand DES-dochter is of niet.