Gezondheidsplein is een informatieve website over gezondheid. De gezondheidsinformatie op deze website staat los van eventueel getoonde advertenties.

Eierstokken en eileiders

Bouw van de eierstokken en eileiders

De twee eierstokken (ovaria) behoren tot de vrouwelijke geslachtsorganen en liggen links en rechts naast de baarmoeder in het bekken. Een eierstok is ongeveer drie centimeter groot en zit vast aan enkele bindweefselbanden. In deze paarlemoerkleurige, eivormige klieren worden eicellen en geslachtshormonen aangemaakt. De eierstokken bestaan uit merg en schors. Het merg is bindweefsel met veel bloedvaten en zenuwen. In de schors bevinden zich bij de geboorte al zo’n één miljoen eiblaasjes (primaire follikels). Gedurende het leven ontwikkelen deze follikels zich tot rijpe eicellen. 

De baarmoeder is verbonden met de eierstokken door middel van de eileiders (tubae). Dit zijn  dunne, soepele buisjes van ongeveer acht tot tien cm lang. Het brede, trechtervormige uiteinde is verbonden met de eierstokken en het smalle uiteinde met de baarmoeder. De binnenkant van de eileider is bedekt met cellen met trilharen.

De twee eierstokken (ovaria) behoren tot de vrouwelijke geslachtsorganen en liggen links en rechts naast de baarmoeder in het bekken. Een eierstok is ongeveer drie centimeter groot en zit vast aan enkele bindweefselbanden. In deze paarlemoerkleurige, eivormige klieren worden eicellen en geslachtshormonen aangemaakt. De eierstokken bestaan uit merg en schors. Het merg is bindweefsel met veel bloedvaten en zenuwen. In de schors bevinden zich bij de geboorte al zo’n één miljoen eiblaasjes (primaire follikels). Gedurende het leven ontwikkelen deze follikels zich tot rijpe eicellen. 

De baarmoeder is verbonden met de eierstokken door middel van de eileiders (tubae). Dit zijn  dunne, soepele buisjes van ongeveer acht tot tien cm lang. Het brede, trechtervormige uiteinde is verbonden met de eierstokken en het smalle uiteinde met de baarmoeder. De binnenkant van de eileider is bedekt met cellen met trilharen.

Eileiders en eierstokken

Functie van de eierstokken en eileiders

Voortplanting

De eierstokken en eileiders hebben een belangrijke functie bij de voortplanting. Elke maand komt er in één van de eierstokken een rijpe eicel vrij. Deze komt in een eileider terecht (eisprong). Na geslachtsgemeenschap kan de eicel daar bevrucht worden door een zaadcel. Hierna wordt de bevruchte eicel naar de baarmoeder getransporteerd door de trilhaartjes. In de baarmoeder vindt innesteling plaats, waarna de bevruchte eicel (embryo) zich verder kan ontwikkelen. Een niet bevruchte eicel lost vanzelf op. 

Hormonen 

In de eierstokken worden de hormonen oestrogeen en progesteron aangemaakt. Deze hormonen regelen de menstruatiecyclus en bepalen de uiterlijke geslachtskenmerken van de vrouw. Op deze manier zijn de vrouwelijke geslachtsorganen bijvoorbeeld verantwoordelijk voor het ontstaan van je borsten. Deze hormonen dragen ook bij tot je zin in gemeenschap hebben (libido) en tot het stevig en soepel houden van je vagina.

Voortplanting

De eierstokken en eileiders hebben een belangrijke functie bij de voortplanting. Elke maand komt er in één van de eierstokken een rijpe eicel vrij. Deze komt in een eileider terecht (eisprong). Na geslachtsgemeenschap kan de eicel daar bevrucht worden door een zaadcel. Hierna wordt de bevruchte eicel naar de baarmoeder getransporteerd door de trilhaartjes. In de baarmoeder vindt innesteling plaats, waarna de bevruchte eicel (embryo) zich verder kan ontwikkelen. Een niet bevruchte eicel lost vanzelf op. 

Hormonen 

In de eierstokken worden de hormonen oestrogeen en progesteron aangemaakt. Deze hormonen regelen de menstruatiecyclus en bepalen de uiterlijke geslachtskenmerken van de vrouw. Op deze manier zijn de vrouwelijke geslachtsorganen bijvoorbeeld verantwoordelijk voor het ontstaan van je borsten. Deze hormonen dragen ook bij tot je zin in gemeenschap hebben (libido) en tot het stevig en soepel houden van je vagina.

Werking van de eierstokken en eileiders

Voortplanting en hormonen

Bij de geboorte heeft de vrouw alle eiblaasjes (follikels) al in haar eierstokken. Gedurende haar leven kunnen die zich ontwikkelen tot rijpe eicellen. In de puberteit begint de menstruatiecyclus. Deze cyclus zal zich telkens herhalen gedurende haar hele vruchtbare leven. Eerst stimuleert het follikel stimulerend hormoon (FSH) de rijping van een follikel. Onder invloed van luteïniserend hormoon (LH) vindt de eisprong (ovulatie) plaats. Hierdoor komt de eicel in de eileider terecht, waar deze bevrucht kan worden door een zaadcel. 

Voor bevruchting moet geslachtsgemeenschap plaatsvinden waarbij de penis van een man in de vagina gebracht wordt. Als de man dan klaarkomt, komen er miljoenen zaadcellen vrij in de vagina. Deze moeten via de baarmoederhals en baarmoeder bij de eicel in de eileider terecht komen en haar binnen ongeveer 24 uur bevruchten. 

Het omhulsel van de eicel dat na de eisprong achterblijft in de eierstok noemen we het gele lichaam. Het gele lichaam geeft de geslachtshormonen oestrogeen en progesteron af. Deze zorgen voor groei van het baarmoederslijmvlies, zodat een eventueel embryo zich in kan nestelen. Na verloop van tijd gaat de placenta (moederkoek) ook progesteron afgeven wat zorgt voor de ontwikkeling van melkklieren in je borsten. 

Wanneer er bevruchting plaatsvindt, zal de samengesmolten cel gaan delen. Na een paar dagen beweegt het klompje cellen naar de baarmoeder. Hier kan het zich innestelen en verder ontwikkelen. De moederkoek geeft het hormoon HCG af, dat ervoor zorgt dat het gele lichaam in stand blijft en de geslachtshormonen voldoende geproduceerd blijven worden. 

Wanneer er geen bevruchting plaatsvindt, sterft het gele lichaam af. Hierdoor neemt de hoeveelheid geslachtshormonen af en wordt het baarmoederslijmvlies afgestoten. Hierbij gaan bloedvaatjes kapot en ontstaat een bloeding (menstruatie). 

Voortplanting en hormonen

Bij de geboorte heeft de vrouw alle eiblaasjes (follikels) al in haar eierstokken. Gedurende haar leven kunnen die zich ontwikkelen tot rijpe eicellen. In de puberteit begint de menstruatiecyclus. Deze cyclus zal zich telkens herhalen gedurende haar hele vruchtbare leven. Eerst stimuleert het follikel stimulerend hormoon (FSH) de rijping van een follikel. Onder invloed van luteïniserend hormoon (LH) vindt de eisprong (ovulatie) plaats. Hierdoor komt de eicel in de eileider terecht, waar deze bevrucht kan worden door een zaadcel. 

Voor bevruchting moet geslachtsgemeenschap plaatsvinden waarbij de penis van een man in de vagina gebracht wordt. Als de man dan klaarkomt, komen er miljoenen zaadcellen vrij in de vagina. Deze moeten via de baarmoederhals en baarmoeder bij de eicel in de eileider terecht komen en haar binnen ongeveer 24 uur bevruchten. 

Het omhulsel van de eicel dat na de eisprong achterblijft in de eierstok noemen we het gele lichaam. Het gele lichaam geeft de geslachtshormonen oestrogeen en progesteron af. Deze zorgen voor groei van het baarmoederslijmvlies, zodat een eventueel embryo zich in kan nestelen. Na verloop van tijd gaat de placenta (moederkoek) ook progesteron afgeven wat zorgt voor de ontwikkeling van melkklieren in je borsten. 

Wanneer er bevruchting plaatsvindt, zal de samengesmolten cel gaan delen. Na een paar dagen beweegt het klompje cellen naar de baarmoeder. Hier kan het zich innestelen en verder ontwikkelen. De moederkoek geeft het hormoon HCG af, dat ervoor zorgt dat het gele lichaam in stand blijft en de geslachtshormonen voldoende geproduceerd blijven worden. 

Wanneer er geen bevruchting plaatsvindt, sterft het gele lichaam af. Hierdoor neemt de hoeveelheid geslachtshormonen af en wordt het baarmoederslijmvlies afgestoten. Hierbij gaan bloedvaatjes kapot en ontstaat een bloeding (menstruatie). 

Problemen met de eierstokken en eileiders

Er zijn verschillende problemen mogelijk met de eierstokken en/ of eileiders. Zo kun je bijvoorbeeld een eierstokgezwel of eierstokkanker krijgen. Ook kun je cysten in de eierstokken krijgen. Bij het polycysteus ovarium syndroom heb je veel cysten in je eierstokken. Het gevolg hiervan is dat je geen normale cyclus hebt en er vaak een uitblijvende eisprong zal zijn. Als gevolg van bijvoorbeeld een chlamydia-infectie kun je een eileiderverstopping krijgen. Hierdoor kun je onvruchtbaar worden.

Er zijn verschillende problemen mogelijk met de eierstokken en/ of eileiders. Zo kun je bijvoorbeeld een eierstokgezwel of eierstokkanker krijgen. Ook kun je cysten in de eierstokken krijgen. Bij het polycysteus ovarium syndroom heb je veel cysten in je eierstokken. Het gevolg hiervan is dat je geen normale cyclus hebt en er vaak een uitblijvende eisprong zal zijn. Als gevolg van bijvoorbeeld een chlamydia-infectie kun je een eileiderverstopping krijgen. Hierdoor kun je onvruchtbaar worden.

Deze informatie is gecontroleerd door: K. Vos, huisarts

.
- Advertentie -
- Advertentie -