Gezondheidsplein is een informatieve website over gezondheid. De gezondheidsinformatie op deze website staat los van eventueel getoonde advertenties.

De werking van insuline

4.5 uit 5 - 30 beoordelingen
Beoordeling icoon0 mensen vonden deze informatie nuttig

Op deze pagina lees je alles over de werking van insuline. Wat is de werking van insuline in een gezond lichaam en wat is een gezonde bloedsuikerspiegel? Ook lees je meer over het verschil tussen lichaamseigen insuline en de insuline die diabetespatiënten injecteren.

Werking van insuline in een gezond lichaam

Als je diabetes hebt, is er iets mis met de werking van insuline in je lichaam. Insuline is een hormoon dat ervoor zorgt dat je lichaamscellen de voedingsstof glucose (een soort suiker) kunnen opnemen vanuit je bloed. In het geval van diabetes maakt je lichaam echter geen insuline aan (type 1) of zijn je lichaamscellen minder gevoelig geworden voor insuline (type 2). De glucose kan hierdoor niet in de lichaamscellen komen en blijft dus achter in het bloed. Dit leidt tot een te hoge glucosewaarde in het bloed. Dit wordt ook wel een te hoge bloedsuikerspiegel of hyperglykemie genoemd.

Werking insuline

Als je diabetes hebt, is er iets mis met de werking van insuline in je lichaam. Insuline is een hormoon dat ervoor zorgt dat je lichaamscellen de voedingsstof glucose (een soort suiker) kunnen opnemen vanuit je bloed. In het geval van diabetes maakt je lichaam echter geen insuline aan (type 1) of zijn je lichaamscellen minder gevoelig geworden voor insuline (type 2). De glucose kan hierdoor niet in de lichaamscellen komen en blijft dus achter in het bloed. Dit leidt tot een te hoge glucosewaarde in het bloed. Dit wordt ook wel een te hoge bloedsuikerspiegel of hyperglykemie genoemd.

Werking insuline

Wat is een normale glucosewaarde?

Gedurende de dag schommelt je bloedsuikerspiegel continu. Telkens wanneer je eet, neem je suikers op uit je voeding en gaat de glucosewaarde van je bloed omhoog. Bij gezonde mensen maakt het lichaam als reactie hierop insuline aan, zodat de cellen de glucose kunnen opnemen en gebruiken als energie. Hierdoor daalt de bloedglucosewaarde weer. De glucosewaarde bij gezonde mensen blijft daarom tussen de 4 en 8 mmol/l.

Hypers

Bij mensen met diabetes blijft er te veel glucose in het bloed achter doordat je een tekort aan insuline of verminderde insulinewerking hebt. Hierdoor kunnen je lichaamscellen de glucose niet opnemen en stijgt de bloedsuikerspiegel elke keer dat je eet. Komt de glucosewaarde in het bloed boven de 10 mmol/l, dan spreek je van hyperglykemie, ook wel een hyper genoemd.

Een hyper herken je aan de volgende symptomen:

  • Veel plassen
  • Overmatige dorst
  • Vermoeidheid
  • Misselijkheid
  • Adem ruikt naar aceton (in extreme gevallen)

Bovengenoemde kenmerken zijn echter niet de enige problemen van een hyper. Een langdurig verhoogde bloedsuikerspiegel, zoals bij nog onontdekte diabetes, leidt tot schade aan het hart en de bloedvaten. Zo kan suikerziekte leiden tot aderverkalking en schade aan de ogen, nieren en zenuwen.

Hypo’s

Naast hypers spreekt men ook vaak over zogenoemde hypo’s. Een hypo, een afkorting van hypoglykemie, is het tegenovergestelde van een hyper. Bij een hypo heb je een te lage bloedglucosewaarde (onder de 4 mmol/l). Ook hypo’s komen vaak voor bij mensen met diabetes. Hypo’s zijn echter geen gevolg van de ziekte zelf, maar kunnen veroorzaakt worden door van het injecteren van te veel insuline. De werking van de insuline die je spuit, kan ervoor zorgen dat je bloedsuikerspiegel (te) plotseling daalt. Soms daalt deze dan te ver en heb je een hypo. Lees hier meer over het ontstaan van hypo’s door insuline spuiten. Ook door beweging, stress of ziekte kan een hypo ontstaan. Dit is vergelijkbaar met een hongerklop (lichte hypo) bij mensen zonder diabetes.

Oorzaken bloedglucoseschommelingen
Lees meer over bovengenoemde oorzaken voor schommelingen in de bloedsuikerspiegel.

Gedurende de dag schommelt je bloedsuikerspiegel continu. Telkens wanneer je eet, neem je suikers op uit je voeding en gaat de glucosewaarde van je bloed omhoog. Bij gezonde mensen maakt het lichaam als reactie hierop insuline aan, zodat de cellen de glucose kunnen opnemen en gebruiken als energie. Hierdoor daalt de bloedglucosewaarde weer. De glucosewaarde bij gezonde mensen blijft daarom tussen de 4 en 8 mmol/l.

Hypers

Bij mensen met diabetes blijft er te veel glucose in het bloed achter doordat je een tekort aan insuline of verminderde insulinewerking hebt. Hierdoor kunnen je lichaamscellen de glucose niet opnemen en stijgt de bloedsuikerspiegel elke keer dat je eet. Komt de glucosewaarde in het bloed boven de 10 mmol/l, dan spreek je van hyperglykemie, ook wel een hyper genoemd.

Een hyper herken je aan de volgende symptomen:

  • Veel plassen
  • Overmatige dorst
  • Vermoeidheid
  • Misselijkheid
  • Adem ruikt naar aceton (in extreme gevallen)

Bovengenoemde kenmerken zijn echter niet de enige problemen van een hyper. Een langdurig verhoogde bloedsuikerspiegel, zoals bij nog onontdekte diabetes, leidt tot schade aan het hart en de bloedvaten. Zo kan suikerziekte leiden tot aderverkalking en schade aan de ogen, nieren en zenuwen.

Hypo’s

Naast hypers spreekt men ook vaak over zogenoemde hypo’s. Een hypo, een afkorting van hypoglykemie, is het tegenovergestelde van een hyper. Bij een hypo heb je een te lage bloedglucosewaarde (onder de 4 mmol/l). Ook hypo’s komen vaak voor bij mensen met diabetes. Hypo’s zijn echter geen gevolg van de ziekte zelf, maar kunnen veroorzaakt worden door van het injecteren van te veel insuline. De werking van de insuline die je spuit, kan ervoor zorgen dat je bloedsuikerspiegel (te) plotseling daalt. Soms daalt deze dan te ver en heb je een hypo. Lees hier meer over het ontstaan van hypo’s door insuline spuiten. Ook door beweging, stress of ziekte kan een hypo ontstaan. Dit is vergelijkbaar met een hongerklop (lichte hypo) bij mensen zonder diabetes.

Oorzaken bloedglucoseschommelingen
Lees meer over bovengenoemde oorzaken voor schommelingen in de bloedsuikerspiegel.

Soorten insuline bij diabetes

Als diabetespatiënt moet je insuline inspuiten omdat je het zelf niet aanmaakt of omdat je er minder gevoelig voor bent. Er zijn verschillende soorten insuline, met allemaal hun eigen werking, die er samen voor zorgen dat je glucosewaarde niet te veel schommelt.

Humane insuline en insuline-analogen

Zo heb je humane insuline en insuline-analogen. Tot in de jaren tachtig moesten mensen met diabetes noodgedwongen gebruik maken van dierlijke insuline. Tegenwoordig wordt er insuline speciaal voor mensen (humane insuline) geproduceerd in een laboratorium. Het voordeel hiervan is dat de insuline beter aansluit op de eigenschappen van het menselijk lichaam en de menselijke cellen. Hierdoor werkt humane insuline beter dan dierlijke insuline.

Een nog recentere ontwikkeling is die van insuline-analogen. Deze worden ook in het laboratorium geproduceerd, met speciale aanpassingen, waardoor de werking van het middel nog beter aansluit aan de wensen en behoeften van mensen met diabetes.

Soorten insuline

Van ultrakort- tot langwerkende insuline

Ook heb je verschillen in de werkingsduur van de insuline. Zo gebruiken diabetespatiënten als basis (ultra-)langwerkende insuline. Langwerkende insuline kan tot 24 uur werken, waardoor je altijd een basishoeveelheid insuline in je bloed hebt. Hierdoor kunnen de lichaamscellen altijd glucose uit je bloed halen om te gebruiken als brandstof. (Half-)Langwerkende insuline wordt vaak ingespoten voordat je gaat slapen, om ervoor te zorgen dat je geen hyper krijgt gedurende de nacht.

Daarnaast heb je (ultra-)kortwerkende insuline, die zeer snel wordt afgegeven in het bloed. Kortwerkende insuline wordt ingespoten vlak voordat je gaat eten, om te voorkomen dat je een hyper krijgt door de glucose die je via de maaltijd binnenkrijgt. Ook kan kortwerkende insuline worden gebruikt om een hyper snel te onderdrukken.

Welke insuline wanneer?

Checklist insuline

Dit dossier is mede mogelijk gemaakt door onze partners

Bronnen: Volksgezondheidenzorg.info (1),  Volksgezondheidenzorg.info (2)Stichting DIEP, Diabetes Fonds, Diabetesvereniging Nederland, Richtlijn "Behandeling van acute ontregeling van diabetes mellitus"Stichting Farmaceutische Kengetallen, Federatie Medisch Specialisten, EADV-Richtlijn ‘Het toedienen van insuline met de insulinepen’ (2017).

Als diabetespatiënt moet je insuline inspuiten omdat je het zelf niet aanmaakt of omdat je er minder gevoelig voor bent. Er zijn verschillende soorten insuline, met allemaal hun eigen werking, die er samen voor zorgen dat je glucosewaarde niet te veel schommelt.

Humane insuline en insuline-analogen

Zo heb je humane insuline en insuline-analogen. Tot in de jaren tachtig moesten mensen met diabetes noodgedwongen gebruik maken van dierlijke insuline. Tegenwoordig wordt er insuline speciaal voor mensen (humane insuline) geproduceerd in een laboratorium. Het voordeel hiervan is dat de insuline beter aansluit op de eigenschappen van het menselijk lichaam en de menselijke cellen. Hierdoor werkt humane insuline beter dan dierlijke insuline.

Een nog recentere ontwikkeling is die van insuline-analogen. Deze worden ook in het laboratorium geproduceerd, met speciale aanpassingen, waardoor de werking van het middel nog beter aansluit aan de wensen en behoeften van mensen met diabetes.

Soorten insuline

Van ultrakort- tot langwerkende insuline

Ook heb je verschillen in de werkingsduur van de insuline. Zo gebruiken diabetespatiënten als basis (ultra-)langwerkende insuline. Langwerkende insuline kan tot 24 uur werken, waardoor je altijd een basishoeveelheid insuline in je bloed hebt. Hierdoor kunnen de lichaamscellen altijd glucose uit je bloed halen om te gebruiken als brandstof. (Half-)Langwerkende insuline wordt vaak ingespoten voordat je gaat slapen, om ervoor te zorgen dat je geen hyper krijgt gedurende de nacht.

Daarnaast heb je (ultra-)kortwerkende insuline, die zeer snel wordt afgegeven in het bloed. Kortwerkende insuline wordt ingespoten vlak voordat je gaat eten, om te voorkomen dat je een hyper krijgt door de glucose die je via de maaltijd binnenkrijgt. Ook kan kortwerkende insuline worden gebruikt om een hyper snel te onderdrukken.

Welke insuline wanneer?

Checklist insuline

Dit dossier is mede mogelijk gemaakt door onze partners

Bronnen: Volksgezondheidenzorg.info (1),  Volksgezondheidenzorg.info (2)Stichting DIEP, Diabetes Fonds, Diabetesvereniging Nederland, Richtlijn "Behandeling van acute ontregeling van diabetes mellitus"Stichting Farmaceutische Kengetallen, Federatie Medisch Specialisten, EADV-Richtlijn ‘Het toedienen van insuline met de insulinepen’ (2017).

- Advertentie -

Vond je deze informatie nuttig?

4.5 uit 5 - 30 beoordelingen

Heeft deze informatie jou geholpen?

Pagina laatst aangepast op 30-01-2020

Auteur: Redactie Gezondheidsplein

.
- Advertentie -
- Advertentie -