Net als Japanse encefalitis is tekenencefalitis een virusziekte waarvan je hersenontsteking kunt krijgen. Niet veel mensen die besmet raken, worden ziek. Je kunt de ziekte oplopen door een beet van een besmette teek of door het drinken van besmette ongepasteuriseerde melk. De ziekte komt voor in delen van Europa, Rusland en Azië. Er zijn drie verschillende types van dit virus. Het Aziatische virus heeft over het algemeen het meest ernstige verloop. Teken zijn actief van april tot november.
Aangezien de ziekte door een teek wordt overgedragen, is het belangrijk te zorgen dat je niet gebeten wordt. Dit kun je doen door op de paden te blijven en niet in hoog gras of struikgewas te lopen. Verder is het – wanneer je in een risicogebied wandelt of kampeert – verstandig lange kleding en dichte schoenen dragen en je in te smeren met een middel dat DEET bevat. Er bestaan ook sokken en kleding die bewerkt zijn met permetrine, een insectenwerend middel.
Wanneer je toch gebeten wordt, moet je de teek zo snel mogelijk verwijderen. Besmetting van tekenencefalitis kun je hiermee helaas niet voorkomen, maar voor het voorkomen van de ziekte van Lyme kan het snel verwijderen van een teek wel helpen.
Mensen met een verhoogd risico op tekenencefalitis kunnen zich laten vaccineren. Je hebt een verhoogd risico als je langer dan vier weken (tussen april en november) gaat wandelen of kamperen in Europees risicogebied of wanneer je deze buitenactiviteiten gaat ondernemen in Aziatisch gebied, ongeacht de duur.
Je bent optimaal beschermd voor één tekenseizoen wanneer je twee keer bent gevaccineerd tegen tekenencefalitis. Tussen deze twee vaccinaties kan het beste minimaal één maand zitten. Als je na minimaal vijf maanden nog een derde vaccinatie krijgt dan ben je voor drie jaar beschermd.