Aan het onderzoek deden alleen jonge mannen mee. Sommigen dronken zo’n vier kopjes per dag, terwijl anderen nooit koffie dronken. Ze ondergingen een standaardtest om hun zuurstofgebruik vast te stellen. Daarna waren er twee intensieve een half uur durende trainingen, waar een week tussen zat. In de hele periode onthielden ze zich van koffie, alcohol en trainden niet nog eens extra op de dagen van het onderzoek. Voor de eerste training kregen de mannen een placebo te slikken. Voor de tweede training kregen ze een pil cafeïne ter sterkte van ongeveer drie koppen koffie. De mannen werden regelmatig ondervraagd over wat ze in de grote beenspier voelden, en ook werd gekeken naar zuurstofgebruik, hartslag en energie.
Er bleek een duidelijk verschil in spierpijn in de grote beenspieren als van te voren cafeïne was gebruikt. Het interessante was dat het niet uitmaakte of de mannen regelmatige koffiedrinkers waren of het helemaal niet aanraakten. Ze hadden de zelfde pijnvermindering als ze oefenden na het gebruik van koffie.
Er was een tijd dat mensen geadviseerd werd om minder koffie te drinken, want het zou allerlei nadelige effecten op de gezondheid hebben. Je kreeg er stress van, het was niet goed voor je hart en het was beter om water te drinken. Inmiddels weten we dat het een gunstige rol kan spelen bij de preventie van diabetes type 2 en dus nu ook bij het voorkomen van spierpijn. Dat laatste is natuurlijk handig bij de mensen die iets aan hun gezondheid willen doen en afgeschrikt worden door de mogelijke spierpijn als ze wat meer gaan bewegen.