Veel Nederlanders houden vragen na bezoek arts

In Nederland blijft ruim één op de drie patiënten na een bezoek aan huisarts of medisch specialist zitten met vragen over zijn ziekte of aandoening. Belangrijkste redenen zijn: ingewikkeldheid van het onderwerp, door een zekere spanning beklijft de informatie niet helemaal en het feit dat in een spreekuur niet al te lang bij de problematiek van één patiënt kan worden stilgestaan. Eén op de acht Nederlanders van 18 jaar en ouder (ca. 1,5 miljoen personen) is bereid om voor meer informatie van huisarts of specialist extra geld te betalen. Hierbij moet gedacht worden aan een bedrag van rond de tien gulden per keer. Ruim 40% van de Nederlanders is recentelijk in de situatie geweest dat men meer wilde weten op medisch gebied. Veelal betreft het aanvullende informatie over de klachten zelf (37%) of naar de behandelmogelijkheden (13%). Ook gaat het vaak om informatie over een ziekte van iemand uit de directe omgeving (20%). De huisarts is bij uitstek, vooral voor de oudere patiënt, de belangrijkste bron van medische informatie. Jongeren zoeken veel meer zelf hun informatie, met name via medische naslagwerken, maar het meest nog via het Internet. Jongeren hebben in gevallen dat men recentelijk over een aandoening meer wilde weten vaker het Internet geraadpleegd dan de huisarts. Ondanks deze ontwikkeling is de huisarts toch degene van wie men het liefst medische informatie ontvangt - dat geldt zowel voor ouderen als voor jongeren. Het hangt echter sterk van de aard van de problematiek af of men daadwerkelijk een arts (of andere deskundige bezoekt). In geval van seksueel overdraagbare aandoeningen, psychische problemen of advies in verband met reizen naar de tropen praat men het liefst met een arts. Wil men meer weten over 'vage klachten', voeding en gezondheid, seksuele problemen, sport en gezondheid, dan zoekt men het liefst de informatie zelf op.