Mammografie
Mammografie, een röntgenfoto van de borst, wordt meestal na een verwijzing van de huisarts of bij een bevolkingsonderzoek uitgevoerd. De röntgenfoto brengt het klier-, bind- en vetweefsel in beeld.
Ook borstafwijkingen zijn dan te zien. Bij de mammografie wordt je borst tussen twee plexiglasplaten platgedrukt, zodat er van beide kanten foto’s worden gemaakt. Veel vrouwen ervaren een mammografie als vervelend, omdat het platdrukken van de borsten pijnlijk kan zijn.
Bloedonderzoek
Bij het bloedonderzoek worden tumormarkers, eiwitten die door kanker of als reactie door je lichaam zelf worden aangemaakt, in het bloed gezocht. In combinatie met een ander borstonderzoek is het mogelijk om een prognose van borstkanker op te stellen. Je arts kan dan zo bepalen of de behandeling aanslaat en of de kanker kan terugkomen.
MRI-scan
De MRI (Magnetic Resonance Imaging) is een onderzoek waarbij een scan wordt gemaakt van je borst door middel van radiofrequente golven (geen röntgenfoto’s). Tijdens het borstonderzoek wordt contrastvloeistof ingespoten via een infuus om zo het borstklierweefsel en het tumorweefsel van elkaar te onderscheiden. Hierdoor kan je arts tumoren onderscheiden van gezond weefsel.
Is het niet bekend hoe groot de tumor is en waar het zich bevindt na de mammografie en echografie? Een MRI-scan is er dan voor aanvullend borstonderzoek. Zo krijgt de chirurg een volledig beeld om de beste behandeling uit te voeren, bijvoorbeeld bij een borstsparende operatie. Een MRI-scan kan eventueel uitgezaaide kanker in je hersenen en ruggenmerg ontdekken.
Echografie
De echografie is een niet-pijnlijk borstonderzoek met geluidsgolven die niet te horen zijn door mensen. De echo (weerkaatsing) daarvan geeft weefsels en organen weer op een beeldscherm. Zo kan je arts zien of het een goedaardige (niet uitgezaaide) of kwaadaardige (uitgezaaide) tumor is. Tijdens dit onderzoek lig je op een onderzoeksbank. De arts smeert een bepaalde gel op je huid en gaat met een apparaatje, dat geluidsgolven uitzendt, over je huid.
De echografie kan de arts meer duidelijkheid geven over wat er op de mammografie te zien is. Ook wordt duidelijk of de afwijking in je borst door een weefselmassa (goedaardig of kwaadaardig) wordt veroorzaakt of door een cyste (vocht). Daarnaast kan je arts tevens de grootte van een eventuele tumor bepalen.
CT-scan
De CT-scan, computertomograaf, werkt met röntgenstralen en wordt gebruikt bij een vermoeden van uitzaaiing. Tijdens de scan wordt aan een kant van het apparaat straling afgegeven en aan de andere kant gemeten. Hierbij kan de computer een 3D-beeld van je onderzochte orgaan of lichaamsdeel vormen. De gevormde resultaten verschijnen vervolgens op het beeldscherm of worden afgedrukt.
PET-scan
De PET (Positron Emissie Tomografie) is een borstonderzoek waar veranderingen in de stofwisseling van cellen mee gevonden worden. Dit wordt uitgevoerd met een scanner en met kleine hoeveelheid radioactieve stof. Door het combineren van de PET-scan en de CT-scan, kan de arts beter zien waar de radioactieve stof zich ophoopt en waar dus een gezwel zit.
De PET-scan wordt uitgevoerd wanneer de MRI-scan, CT-scan of botscan uitzaaiingen of tumoren niet kan vinden terwijl dat wel het geval is bij verder onderzoek. Ook kan de arts lymfklieren beter opsporen dan bij een echografie van okselklieren. Verder kan het stadium waarin de ziekte zich bevindt hierbij vaak ook bepaald worden.