Als er een gaatje in je tanden of kiezen is vastgesteld, wordt dit bij de tandarts behandeld. Het gaatje in je tand wordt weggeboord (dit kan met of zonder verdoving) en vervolgens wordt het gat met een witte vulling (composiet) of grijze vulling (amalgaam) gevuld.
Wanneer cariës alleen aan het tandoppervlak zit, hoeft er niet geboord te worden. Cariës is dan nog niet doorgedrongen tot het glazuur, waardoor er alleen fluoride aangebracht hoeft te worden op je tand of kies. Om zelf te voorkomen dat cariës het glazuur bereikt, is het belangrijk om je tanden beter te poetsen.
Bij een ernstige vorm van cariës is een wortelkanaalbehandeling (endodontologische behandeling) nodig. Hier is het levende gedeelte (pulpa) van je kies of tand ontstoken. Bij deze behandeling wordt de pulpa verwijderd. De wortelkanaalbehandeling kan zonder verdoving, met verdoving of onder gehele narcose plaatsvinden.