Er zijn meerdere deskundigen die de signalen van een taalontwikkelingsstoornis kunnen opmerken bij je kind. Een huisarts, het consultatiebureau, de leerkracht van de bassischool of de begeleiders op een kinderdagverblijf. Jij kent echter je kind het beste. Wees daarom alert en kaart je ongerustheid aan. Waar moet je op letten?
Concrete voorbeelden
Let goed op de dingen waarmee je kind moeite heeft. Heeft het specifiek moeite met praten? Begrijpt het wat er gezegd wordt? Wees zo concreet mogelijk als je naar de leraar van je kind stapt.
Taaldagboek
Aangezien huisartsen en artsen van consultatiebureaus je kind niet elke dag zien, merken zij een taalontwikkelingsstoornis niet zo gauw op. Houd eventueel een taaldagboek bij. Hierin schrijf je op wat voor taalproblemen zich voordoen en hoe vaak deze voorkomen. Aan de hand hiervan krijgen huisartsen en consultatiebureaus een duidelijker beeld van de taalproblemen.
Heb je naast de begeleiding behoefte aan meer tips? Bekijk voor meer informatie de app van Auris (Van nul tot taal) en neem eens een kijkje op Kentalisleeshuis.nl.