Albinisme is een aandoening die zich vanaf de geboorte uit. Aan de ene kant is dat voor Susan een voordeel, maar aan de andere kant ook weer niet. Susan: “Natuurlijk is het zo dat ik niet beter weet. Ik zie al vanaf mijn geboorte slecht en dat zal ook altijd zo blijven. Dat heeft ervoor gezorgd dat ik van kinds af aan al op zoek ging naar manieren om dingen op te lossen. Door veel op de tast te doen bijvoorbeeld. Dat doe ik nu nog steeds. Ik heb moeite met diepte zien, dus als ik iets wil pakken doe ik dat vooral op gevoel. Maar bijvoorbeeld ook door zout eerst op mijn hand te strooien voordat ik het ergens op doe. Anders zou het wel eens heel onsmakelijk kunnen worden.”
“Aan de andere kant heeft het ervoor gezorgd dat mijn omgeving dacht dat alles me wel prima af ging. En ergens maakte ik dat ook mezelf wijs. Ik had geen hulp(middelen) nodig. Vooral op de middelbare school werd die houding steeds sterker. Ik wilde namelijk niet anders zijn dan de rest. Op een gegeven moment ben ik dan ook mijn haar gaan verven. Daarnaast deed ik vaak alsof ik dingen zag, terwijl dit eigenlijk niet zo was. En vooraan zitten in de klas? No way. Dan maar niet meelezen.”