Kom je met klachten als hartkloppingen, duizeligheid of flauwvallen bij de huisarts? Dan kun je ongeveer het volgende verwachten. De huisarts stelt een aantal vragen om erachter te komen of je klachten vermoedelijk onschuldig zijn, of dat er mogelijk meer aan de hand is. Voorbeelden van vragen die de arts kan stellen:
- Hoe zijn de klachten ontstaan? Plotseling of geleidelijk?
- Hoe vaak heb je last van deze klachten en hoe lang duren de klachten gemiddeld?
- Zijn er bepaalde situaties of factoren die de klachten verergeren?
- Wat doe je om de klachten te verminderen? Helpt dit?
- Heb je last van andere, bijkomende klachten?
Om je op deze vragen voor te bereiden kan het soms handig zijn om tijdelijk een dagboek bij te houden waarin je jouw klachten noteert.
In eerste instantie zal de huisarts lichamelijk onderzoek uitvoeren. De huisarts luistert naar de hartslag en meet de bloeddruk. Soms krijg je een kleine neurologische test, zoals het aanraken van het topje van je neus met je ogen dicht. Als de arts vermoedt dat de klachten mogelijk samenhangen met een hartritmestoornis of andere hartproblemen, is vaak aanvullend onderzoek nodig.