Om wat aan het bedplassen te doen moet je uitgaan van dezelfde principes als bij de 'gewone' zindelijkheidstraining. Prijs je kind als het een nacht droog is gebleven en laat hem zelf bijhouden hoe vaak het gelukt is. Boos worden als je kind weer in bed heeft geplast heeft geen zin, het probleem wordt dan alleen maar erger. Andere tips zijn:
Een plaswekker
Het kind slaapt hierbij op een onderlegger die in verbinding staat met een zoemer (wekker). Dit apparaatje maakt een doordringend geluid zodra de eerste druppel urine op de onderlegger komt. Het kind wordt hierdoor gewekt en kan op tijd uit bed komen om te plassen. Vaak wordt het kind na een tijdje vanzelf wakker en is de plaswekker niet meer nodig. Dit kan een paar weken duren, maar uiteindelijk helpt de plaswekker toch bij 70 procent van de kinderen. Begin niet te vroeg met de plastraining met de wekker (niet voor het zevende jaar). Hoe ouder het kind is hoe groter de kans van slagen. De plaswekker is niet meer dan een hulpmiddel, het werkt niet bij elk kind.
Wekken
Bij deze methode maken de ouders het kind wakker om te plassen voor zij zelf gaan slapen. Het kind moet dan goed wakker zijn, want als het kind half slapend plast, bevordert dit juist het bedplassen. Deze manier kun je alleen toepassen bij een kind dat ook weer snel in slaap valt.
Plaskalender
Bij een plaskalender mag het kind na elke droge nacht een zonnetje op de kalender tekenen. Als er een aantal zonnetjes op staan, krijgt het kind een beloning.
Droog-bedtraining
Dit is een intensief trainingsprogramma onder begeleiding voor oudere kinderen of volwassen. Als geen enkele andere behandeling heeft geholpen en het kind is erg gemotiveerd kan dit een succesvolle methode zijn.
Blaastraining
Hoewel de investering groot is en het effect nog twijfelachtig, wordt ook aan blaastraining gedaan. Bij deze training leer je controle te krijgen over de blaas gedurende de dag, waarmee de kans op het bedplassen ook afneemt.