De reguliere stottertherapie wordt in Nederland volledig vergoed door de zorgverzekeraar, met uitzondering van het eigen risico boven de achttien jaar. Hier wordt eerst diagnostisch onderzoek gedaan. Op basis daarvan wordt een individueel therapieplan opgesteld en kan de therapie worden gestart. Reguliere therapeuten hebben de brede paramedische hbo-opleiding tot logopedist gevolgd, of een universitaire opleiding Psychologie, die goedgekeurd is door de beroepsvereniging NVLF (logopedie) of NIP (psychologie). Bij de diagnostiek worden door de therapeut ook de overige respectievelijk logopedische of psychologische stoornissen, die een raakvlak met stotteren kunnen hebben, vastgesteld. In de therapiefase kunnen deze overige stoornissen eventueel ook worden behandeld. Er is dus sprake van een integrale benadering. De therapie is meestal een combinatie van individuele therapie en therapie in een groep.
Niet-reguliere stotterprogramma's hebben qua opleiding een diverse achtergrond. Sommige therapieën zijn ontwikkeld door mensen die zelf ervaring hebben met stotteren en die hun persoonlijke oplossingen een plaats geven in de behandelmethode. De therapie is veelal gebaseerd op een specifieke visie of aanname over stotterend spreken en de therapie is daardoor vaak gebaseerd op een programma dat in grote lijnen hetzelfde is voor alle groepen cliënten. Niet-reguliere stotterprogramma's hoeven niet te voldoen aan specifieke kwaliteitseisen met betrekking tot de gevolgde methodiek. In veel gevallen wordt de niet-reguliere therapie deels of geheel door zorgverzekeraars vergoed vanuit het aanvullende pakket. Er wordt vrijwel altijd in een groepsgewijze benadering gewerkt.