Gezondheidsplein is een informatieve website over gezondheid. De gezondheidsinformatie op deze website staat los van eventueel getoonde advertenties.

Wanneer moet je naar de verloskundige of gynaecoloog?

3.5 uit 5 - 14 beoordelingen
Beoordeling icoon0 mensen vonden deze informatie nuttig

Na ongeveer twaalf weken zwangerschap is het tijd om naar de verloskundige te gaan. Je kunt wel alvast ergens tussen week zes en tien bellen voor een afspraak. Voor veel vrouwen en mannen is dat eerste bezoek een spannende gebeurtenis. Wat wil de verloskundige allemaal weten? En hoeveel controles heb je gemiddeld?

Onderstaande dingen zullen bij de verloskundige aan bod komen:

  • Allereerst zal ze vragen hoe mogelijke eerdere zwangerschappen verliepen, of er (erfelijke) ziektes in de familie zijn of aangeboren afwijkingen. Zijn er misschien tweelingen in de familie?
  • Gewicht. Het gewicht wordt bij ieder bezoek gecontroleerd. In het begin kan de vrouw afgevallen zijn door misselijkheid en overgeven, maar over het algemeen komt ze steeds een beetje aan.
  • Urine. De urine wordt gecontroleerd op suiker en eiwit. Een te hoge concentratie suiker kan namelijk duiden op zwangerschapsdiabetes. Eiwit in de urine kan duiden op zwangerschapsvergiftiging als dit gepaard gaat met té hoge bloeddruk, vasthouden van vocht en een té snelle gewichtstoename.
  • Bloeddruk. De bloeddruk stijgt meestal naarmate de zwangerschap vordert. Ideaal is 100/60 mm Hg. Een stijging of daling van de bloeddruk zal echter altijd vergeleken worden met de eigen normale bloeddruk, want die kan bij iedereen anders zijn.
  • Harttonen. Dit is wel het mooiste moment tijdens de controle bij de verloskundige: het luisteren naar het hartje van de baby. Met een doptone-apparaat is het in hoog tempo slaan van het hartje te horen. Twee keer zo snel als bij de vrouw zelf!
  • Bloed. Er wordt meestal tijdens de eerste controle wat bloed afgenomen om de bloedgroep te bepalen. Ook wordt er dan gecontroleerd op de geslachtsziekte syfilis en hepatitis B. Ook de rhesusfactor wordt bepaald. Er wordt gekeken naar de hoeveelheid ijzer, de Hb-waarde in het bloed om eventuele bloedarmoede (vermoeidheid) op te sporen.
  • Ligging. De ligging van de baby is in het begin nog niet zo van belang, maar later wel.
  • Baarmoeder. De verloskundige voelt waar de bovenkant van de baarmoeder zich bevindt om de groei in de gaten te houden.

Hoe vaak naar de verloskundige?

Gemiddeld onderzoekt de verloskundige de zwangere vrouw in het begin één keer per maand, waar onder andere een prenatale screening gedaan kan worden. Na 25 weken gaat dat over in één keer in de drie weken en vanaf de 30ste week zal dat één keer per twee weken zijn. In het laatste stadium van de zwangerschap staat er een wekelijks bezoek gepland. 

Altijd een echo?

Tijdens de zwangerschap is er een aantal standaard echo’s. Eerst krijg je de termijnecho (tussen de zevende en elfde week van de zwangerschap) en daarna volgt de 20-wekenecho. Andere echo’s zijn optioneel, zoals de 30-wekenecho en de pretecho.

Gemiddeld onderzoekt de verloskundige de zwangere vrouw in het begin één keer per maand, waar onder andere een prenatale screening gedaan kan worden. Na 25 weken gaat dat over in één keer in de drie weken en vanaf de 30ste week zal dat één keer per twee weken zijn. In het laatste stadium van de zwangerschap staat er een wekelijks bezoek gepland. 

Altijd een echo?

Tijdens de zwangerschap is er een aantal standaard echo’s. Eerst krijg je de termijnecho (tussen de zevende en elfde week van de zwangerschap) en daarna volgt de 20-wekenecho. Andere echo’s zijn optioneel, zoals de 30-wekenecho en de pretecho.

Wanneer naar de gynaecoloog?

Als je meer dan één kind verwacht, als een miskraam dreigt of als je bloed verliest, kan de verloskundige of huisarts besluiten de vrouw naar de gynaecoloog te sturen. In een later stadium van de zwangerschap gebeurt dit ook wanneer het kind niet goed voor de baarmoedermond ligt, wanneer de baby niet goed groeit, de placenta verkeerd ligt, er sprake is van te hoge bloeddruk, zwangerschapsdiabetes, ernstige bloedarmoede of wanneer de weeën zich te vroeg aandienen.

Als je meer dan één kind verwacht, als een miskraam dreigt of als je bloed verliest, kan de verloskundige of huisarts besluiten de vrouw naar de gynaecoloog te sturen. In een later stadium van de zwangerschap gebeurt dit ook wanneer het kind niet goed voor de baarmoedermond ligt, wanneer de baby niet goed groeit, de placenta verkeerd ligt, er sprake is van te hoge bloeddruk, zwangerschapsdiabetes, ernstige bloedarmoede of wanneer de weeën zich te vroeg aandienen.

- Advertentie -

Vroege miskraam

Wie krampen heeft en constant bloed verliest kan nauwelijks nog om een miskraam heen. Bij een miskraam worden grote stolsels bloed verloren. Pas als het bloeden ophoudt, is de miskraam voorbij. Soms duurt het bloeden te lang of blijft er weefsel achter in de baarmoeder dat in het ziekenhuis verwijderd moet worden.

Risicofactoren voor een miskraam zijn: rode hond, hoge koorts, straling, medicijnen, afwijkende vorm baarmoeder, een spiraaltje dat niet is weggenomen. Tien op de honderd vrouwen krijgt een miskraam.

Wie krampen heeft en constant bloed verliest kan nauwelijks nog om een miskraam heen. Bij een miskraam worden grote stolsels bloed verloren. Pas als het bloeden ophoudt, is de miskraam voorbij. Soms duurt het bloeden te lang of blijft er weefsel achter in de baarmoeder dat in het ziekenhuis verwijderd moet worden.

Risicofactoren voor een miskraam zijn: rode hond, hoge koorts, straling, medicijnen, afwijkende vorm baarmoeder, een spiraaltje dat niet is weggenomen. Tien op de honderd vrouwen krijgt een miskraam.

Vond je deze informatie nuttig?

3.5 uit 5 - 14 beoordelingen

Heeft deze informatie jou geholpen?

Pagina laatst aangepast op 09-07-2020

Auteur: Redactie Gezondheidsplein

.
- Advertentie -
- Advertentie -