Bij liposuctie zuigt de chirurg met een klein buisje het teveel aan vet weg uit de onderkin. Je wordt hiervoor plaatselijk verdoofd, waardoor je niks van de behandeling voelt. Vervolgens maakt de chirurg enkele kleine sneden en spuit hij een vloeistof in. Vaak duurt het dertig minuten voor de vloeistof volledig zijn werk heeft gedaan. De vetcellen zwellen op en worden vervolgens met een klein buisje uit de onderkin gezogen. Het voordeel van liposuctie is dat de omliggende cellen of weefsels geen risico lopen om beschadigd te raken. Bij liposuctie wordt uitsluitend vet uit de onderkin weggehaald. Wanneer de chirurg het overtollig vet heeft weggezogen, hecht hij de sneetjes.