Wie kunnen hartfalen krijgen?

Hieronder beschrijven we wie er meer risico lopen op het krijgen van hartfalen. 

Jaarlijks krijgen in Nederland ongeveer 40.000 mensen voor het eerst de diagnose hartfalen (bron: Hartstichting). Over het algemeen is hartfalen een aandoening die het meest voorkomt bij mensen van 60 jaar en ouder. Toch komt hartfalen ook bij jonge mensen voor, bijvoorbeeld als gevolg van ziekte van de hartspier (cardiomyopathie) of een aangeboren hartafwijking.

Risicofactoren hartfalen

In principe kan hartfalen zich bij iedereen ontwikkelen. Er zijn wel een aantal risicofactoren die de kans op hartfalen vergroten. Als je er een ongezonde leefstijl op na houdt, verhoog je de kans op hart- en vaatziekten op latere leeftijd, en dus de kans op hartfalen. Je leefstijl heeft invloed op de bloeddruk, terwijl een hoge bloeddruk een van de meest voorkomende oorzaken van hartfalen is. Denk bij een ongezonde leefstijl aan:

• Ongezond eten (veel verzadigd vet en te zout eten)
• Roken
• (Veel) alcohol drinken
• Weinig lichaamsbeweging
• Stress

Bovendien neemt op oudere leeftijd de veerkracht van hart- en bloedvaten af. Hierdoor wordt het effect van een hoge bloeddruk versterkt.

Aangeboren hartafwijking en hartfalen

Verder heeft iemand met een (behandelde) aangeboren hartafwijking een verhoogd risico om later hartfalen te krijgen. Een aangeboren hartafwijking kan er namelijk voor zorgen dat het meer moeite kost om voldoende zuurstofrijk bloed door het lichaam te pompen. Dit kan leiden tot hartfalen. Zo kan een volwassene die als kind succesvol behandeld is voor een aangeboren hartafwijking op latere leeftijd hartfalen krijgen.

Hartfalen komt ook vaak voor in combinatie met andere aandoeningen zoals COPD en diabetes (co-morbiditeit). Hierover lees je meer op de pagina Hartfalen en andere aandoeningen.