"Als ik in een omgeving ben waar andere mensen zijn, ben ik bang dat zij me afkeuren. Ik ben bang dat ze me dom of lelijk vinden en voel me onhandig in sociale situaties. Als ik bijvoorbeeld in de rij sta voor de kassa en iemand dringt voor, durf ik daar niets van te zeggen omdat ik daarmee de aandacht op mezelf vestig. Ik vind het lastiger om in een groep met bekenden te zijn dan in een groep met vreemden. Vreemden weten nog niet hoe ik ben, zij verwachten nog niets van me. Bij bekenden voel ik me gedwongen om hun eventuele goede indruk van me in stand te houden. Ik ben ook bang voor de kritiek van anderen. Ik ben heel perfectionistisch, want als ik iets niet goed doe, kunnen mensen kritiek op me hebben en dat betekent dat ik waardeloos ben."
"Ik ben uiteindelijk zo'n beetje alle sociale situaties gaan vermijden: vriendschappen, een relatie, ik doe niets met mijn vrije tijd, heb mijn opleiding niet afgemaakt, enzovoorts. Ik ben bang dat ik afga, dat er een oordeel over me wordt uitgesproken. Dat is beangstigend, omdat ik mijn eigenwaarde koppel aan wat anderen van me vinden. Tijdens de slechtere periodes van mijn fobie wilde ik het liefst thuis blijven en niets te maken hebben met de buitenwereld; geen journaal, geen krant, niets! Als ik stilstond bij wat er in de wereld allemaal gebeurde, kwam ik tot de conclusie dat ik niets met mijn leven deed, dat ik niets betekende, en dat was heel pijnlijk.