Gezondheidsplein is een informatieve website over gezondheid. De gezondheidsinformatie op deze website staat los van eventueel getoonde advertenties.

Anticonceptiemiddelen

3 uit 5 - 4 beoordelingen
Beoordeling icoon2 mensen vonden deze informatie nuttig

Wat is anticonceptie?

Anticonceptie is een verzamelnaam voor alle methoden en middelen die tot doel hebben zwangerschap te voorkomen. Anticonceptie staat voor het tegengaan (anti) van de bevruchting (conceptie). De meeste vrouwen in Nederland maken gebruik van een anticonceptiemiddel, ook wel voorbehoedsmiddel genoemd. Sommige middelen kun je gewoon halen bij de apotheek of drogisterij. Voor andere heb je een verwijzing van je huisarts nodig. In dit dossier lees je alles over de verschillende anticonceptiemiddelen.

De pil, de anticonceptiepleister of toch een hormoonspiraaltje? De keuze aan anticonceptiemiddelen is reuze. Belangrijk is dat de vorm van anticonceptie zoveel mogelijk is afgestemd op je eigen leefstijl en persoonlijke voorkeuren. In deze animatie zetten we een aantal anticonceptiemiddelen op een rijtje, zodat je zelf kunt kiezen wat voor jou het meest geschikt is.

Anticonceptie is een verzamelnaam voor alle methoden en middelen die tot doel hebben zwangerschap te voorkomen. Anticonceptie staat voor het tegengaan (anti) van de bevruchting (conceptie). De meeste vrouwen in Nederland maken gebruik van een anticonceptiemiddel, ook wel voorbehoedsmiddel genoemd. Sommige middelen kun je gewoon halen bij de apotheek of drogisterij. Voor andere heb je een verwijzing van je huisarts nodig. In dit dossier lees je alles over de verschillende anticonceptiemiddelen.

De pil, de anticonceptiepleister of toch een hormoonspiraaltje? De keuze aan anticonceptiemiddelen is reuze. Belangrijk is dat de vorm van anticonceptie zoveel mogelijk is afgestemd op je eigen leefstijl en persoonlijke voorkeuren. In deze animatie zetten we een aantal anticonceptiemiddelen op een rijtje, zodat je zelf kunt kiezen wat voor jou het meest geschikt is.

Hormonen in anticonceptie

Er zijn eigenlijk drie algemene categorieën qua hormoonsamenstelling waaruit je kunt kiezen. Binnen de categorie ‘anticonceptie met twee hormonen’ kun je bovendien kiezen tussen drie soorten oestrogeen. Van het progestageen hormoon zijn veel meer varianten mogelijk.

1) Anticonceptie met twee hormonen: progestageen en oestrogeen

De voornaamste functie van progestageen in anticonceptie is de bescherming tegen zwangerschap. Het oestrogeen is toegevoegd om te zorgen voor een ‘stabiel’ menstruatiepatroon. Er zijn heel veel soorten progestageen. Er zijn drie soorten oestrogeen: ethinylestradiol, estradiol en estradiolvaleraat. Als je hormoongerelateerde bijwerkingen ervaart, kan het zinvol zijn om te wisselen met een ander soort progestageen of oestrogeen. Methoden met twee hormonen zijn: de pil, anticonceptiepleister en anticonceptiering. 

2) Anticonceptie met één hormoon: progestageen

Het progestageen beschermt je tegen zwangerschap. Omdat deze methoden geen oestrogeen bevatten, kan je menstruatiepatroon veranderen. Je kunt bij deze methoden vaker, minder vaak, langer, korter of helemaal geen bloedingen hebben. Van te voren kun je niet voorspellen hoe dit bij jou zal zijn. Methoden zonder oestrogeen kunnen bijvoorbeeld geschikt zijn als je borstvoeding geeft. Ook lang werkende methoden zoals het anticonceptiestaafje en de hormoonspiraal bevatten enkel progestageen. Korter werkende methoden zonder oestrogeen zijn: de minipil en prikpil.

3) Anticonceptie zonder hormonen

Hormoonvrije anticonceptiemiddelen zijn bijvoorbeeld het condoom en de koperspiraal. Deze werken zonder hormonen en kunnen een optie zijn als je geen hormonen kunt verdragen. Het condoom is de enige anticonceptiemethode die ook beschermt tegen seksueel overdraagbare aandoeningen (SOA’s). 

In deze animatie bespreken we de anticonceptiemiddelen en de verschillende hormonen:

Er zijn eigenlijk drie algemene categorieën qua hormoonsamenstelling waaruit je kunt kiezen. Binnen de categorie ‘anticonceptie met twee hormonen’ kun je bovendien kiezen tussen drie soorten oestrogeen. Van het progestageen hormoon zijn veel meer varianten mogelijk.

1) Anticonceptie met twee hormonen: progestageen en oestrogeen

De voornaamste functie van progestageen in anticonceptie is de bescherming tegen zwangerschap. Het oestrogeen is toegevoegd om te zorgen voor een ‘stabiel’ menstruatiepatroon. Er zijn heel veel soorten progestageen. Er zijn drie soorten oestrogeen: ethinylestradiol, estradiol en estradiolvaleraat. Als je hormoongerelateerde bijwerkingen ervaart, kan het zinvol zijn om te wisselen met een ander soort progestageen of oestrogeen. Methoden met twee hormonen zijn: de pil, anticonceptiepleister en anticonceptiering. 

2) Anticonceptie met één hormoon: progestageen

Het progestageen beschermt je tegen zwangerschap. Omdat deze methoden geen oestrogeen bevatten, kan je menstruatiepatroon veranderen. Je kunt bij deze methoden vaker, minder vaak, langer, korter of helemaal geen bloedingen hebben. Van te voren kun je niet voorspellen hoe dit bij jou zal zijn. Methoden zonder oestrogeen kunnen bijvoorbeeld geschikt zijn als je borstvoeding geeft. Ook lang werkende methoden zoals het anticonceptiestaafje en de hormoonspiraal bevatten enkel progestageen. Korter werkende methoden zonder oestrogeen zijn: de minipil en prikpil.

3) Anticonceptie zonder hormonen

Hormoonvrije anticonceptiemiddelen zijn bijvoorbeeld het condoom en de koperspiraal. Deze werken zonder hormonen en kunnen een optie zijn als je geen hormonen kunt verdragen. Het condoom is de enige anticonceptiemethode die ook beschermt tegen seksueel overdraagbare aandoeningen (SOA’s). 

In deze animatie bespreken we de anticonceptiemiddelen en de verschillende hormonen:

Bijwerkingen van hormonen in anticonceptie

Als je begint met de pil of andere hormoonhoudende anticonceptiemiddelen kan het zijn dat je in het begin wat bijwerkingen ervaart. Hormoongerelateerde bijwerkingen zijn bijvoorbeeld:

  • libidoverlies 
  • puistjes 
  • gewichtstoename
  • stemmingswisselingen
  • pijnlijke borsten
  • hoofdpijn
  • misselijkheid  

Over het algemeen moet je je lichaam drie maanden de tijd geven om aan de nieuwe situatie te wennen. Als je klachten te erg zijn of na drie maanden niet verdwijnen, kun je het beste je huisarts raadplegen.  

Er is regelmatig aandacht geweest voor trombose en het gebruik van anticonceptie. Dit komt zelden voor maar is wel een bijwerking waarvan het goed is om te weten dat het kan gebeuren. Je hebt een licht verhoogd risico op veneuze trombo-embolie (VTE), bijvoorbeeld een trombosebeen of longembolie als je een gecombineerd hormonaal anticonceptiemiddel gebruikt. Deze middelen bevatten de combinatie van twee soorten hormonen (oestrogeen en een progestageen).

Trombose bij vrouwen die een gecombineerd hormonaal anticonceptiemiddel gebruiken komt zelden voor: 5 tot 12 gevallen per 10.000 vrouwen per jaar. Vergeleken met zwangerschap (10 tot 30 gevallen per 10.000 vrouwen per jaar) en de periode vlak na geboorte (50 tot 100 gevallen per 10.000 vrouwen per jaar) is het risico op trombose samenhangend met het gebruik van een gecombineerd hormonaal anticonceptiemiddel veel lager. Daarnaast hebben bepaalde risicofactoren, waaronder slagaderverkalking, roken, een hoog cholesterol en diabetes, ook invloed op het ontstaan van trombose. Het is daarom belangrijk dat je (huis)arts op de hoogte is van je medische geschiedenis als je een anticonceptiemiddel kiest.

Over het algemeen wordt aangenomen dat de gecombineerde anticonceptiemiddelen met levonorgestrel/norgestimaat of norethisteron een kleinere kans op trombose geven dan de anticonceptiemiddelen met etonogestrel/norelgestromine/gestodeen/desogestrel of drospirenon. Het gebruik van een ‘progestageen-alleen’-methode is daarnaast niet geassocieerd met een verhoogd risico op trombose. Je kunt hier dus naar vragen bij huisarts, om zo samen de juiste keuze te maken.

Lees voor gebruik van een specifiek anticonceptiemiddel altijd goed de bijsluiter. Deze bevat uitgebreide informatie over de verschillende bijwerkingen die bekend zijn bij het gebruik van het specifieke product.

Door de voor- en nadelen van een anticonceptiemethode vooraf goed met je arts te bespreken, kun je een weloverwogen keuze maken voor een methode die goed aansluit bij je persoonlijke voorkeur.

Als je begint met de pil of andere hormoonhoudende anticonceptiemiddelen kan het zijn dat je in het begin wat bijwerkingen ervaart. Hormoongerelateerde bijwerkingen zijn bijvoorbeeld:

  • libidoverlies 
  • puistjes 
  • gewichtstoename
  • stemmingswisselingen
  • pijnlijke borsten
  • hoofdpijn
  • misselijkheid  

Over het algemeen moet je je lichaam drie maanden de tijd geven om aan de nieuwe situatie te wennen. Als je klachten te erg zijn of na drie maanden niet verdwijnen, kun je het beste je huisarts raadplegen.  

Er is regelmatig aandacht geweest voor trombose en het gebruik van anticonceptie. Dit komt zelden voor maar is wel een bijwerking waarvan het goed is om te weten dat het kan gebeuren. Je hebt een licht verhoogd risico op veneuze trombo-embolie (VTE), bijvoorbeeld een trombosebeen of longembolie als je een gecombineerd hormonaal anticonceptiemiddel gebruikt. Deze middelen bevatten de combinatie van twee soorten hormonen (oestrogeen en een progestageen).

Trombose bij vrouwen die een gecombineerd hormonaal anticonceptiemiddel gebruiken komt zelden voor: 5 tot 12 gevallen per 10.000 vrouwen per jaar. Vergeleken met zwangerschap (10 tot 30 gevallen per 10.000 vrouwen per jaar) en de periode vlak na geboorte (50 tot 100 gevallen per 10.000 vrouwen per jaar) is het risico op trombose samenhangend met het gebruik van een gecombineerd hormonaal anticonceptiemiddel veel lager. Daarnaast hebben bepaalde risicofactoren, waaronder slagaderverkalking, roken, een hoog cholesterol en diabetes, ook invloed op het ontstaan van trombose. Het is daarom belangrijk dat je (huis)arts op de hoogte is van je medische geschiedenis als je een anticonceptiemiddel kiest.

Over het algemeen wordt aangenomen dat de gecombineerde anticonceptiemiddelen met levonorgestrel/norgestimaat of norethisteron een kleinere kans op trombose geven dan de anticonceptiemiddelen met etonogestrel/norelgestromine/gestodeen/desogestrel of drospirenon. Het gebruik van een ‘progestageen-alleen’-methode is daarnaast niet geassocieerd met een verhoogd risico op trombose. Je kunt hier dus naar vragen bij huisarts, om zo samen de juiste keuze te maken.

Lees voor gebruik van een specifiek anticonceptiemiddel altijd goed de bijsluiter. Deze bevat uitgebreide informatie over de verschillende bijwerkingen die bekend zijn bij het gebruik van het specifieke product.

Door de voor- en nadelen van een anticonceptiemethode vooraf goed met je arts te bespreken, kun je een weloverwogen keuze maken voor een methode die goed aansluit bij je persoonlijke voorkeur.

Anticonceptie voor mannen

De keuze aan anticonceptiemiddelen voor mannen is niet zo groot als die bij vrouwen. Mannen kunnen voor een tijdelijke optie gaan, een condoom, maar ook voor een definitieve optie: sterilisatie. Een condoom is wel, in tegenstelling tot sterilisatie, het enige voorbehoedsmiddel tegen soa's.

De keuze aan anticonceptiemiddelen voor mannen is niet zo groot als die bij vrouwen. Mannen kunnen voor een tijdelijke optie gaan, een condoom, maar ook voor een definitieve optie: sterilisatie. Een condoom is wel, in tegenstelling tot sterilisatie, het enige voorbehoedsmiddel tegen soa's.

Onbetrouwbare anticonceptiemiddelen

Bij de meeste voorbehoedsmiddelen is de betrouwbaarheid zeer hoog. Er zijn een aantal methoden waarvan sommige mensen beweren dat ze een goede bescherming bieden tegen ongewenste zwangerschappen maar die aanzienlijk minder betrouwbaar zijn dan de meest gebruikte anticonceptiemiddelen. Hieronder worden deze toegelicht. 

Voor het zingen de kerk uit

Deze methode wordt ook wel ‘coïtus interruptus’ genoemd, wat letterlijk ‘onderbroken geslachtsgemeenschap’ betekent. Bij deze methode wordt de penis voor het klaarkomen uit de vagina teruggetrokken. Dit is erg onbetrouwbaar omdat in het voorvocht van de man ook spermacellen zitten die een eicel kunnen bevruchten. Bovendien wordt de penis soms niet op tijd teruggetrokken en is er toch een zaadlozing in de vagina van de vrouw. 

Periodieke onthouding

Bij periodieke onthouding heb je geen onbeschermde seks rond de ovulatie. De ovulatie wordt berekend op basis van de menstruatiecyclus. Deze methode is onbetrouwbaar, omdat veel vrouwen geen regelmatige cyclus hebben en het lastig is om de ovulatie precies te bepalen. 

Temperatuurmethode

Met de temperatuurmethode weet je wanneer je eisprong is en wanneer je vruchtbaar bent. Rond je ovulatie stijgt je temperatuur met 0,2 of 0,3 graden Celsius. Als je rond de ovulatie geen seks hebt, kun je in principe niet zwanger worden. Maar deze methode is behoorlijk onbetrouwbaar, omdat pas achteraf bepaald kan worden wanneer je eisprong heeft plaatsgevonden. In de vijf dagen voor de ovulatie kun je ook al zwanger worden. Daarnaast kan je lichaamstemperatuur ook door andere dingen stijgen. Een kleine verkoudheid of een onschuldige ontsteking in je lichaam kan de temperatuur al licht laten toenemen. Ook een kop koffie, warme (elektrische) deken of een beetje stress kan hier al voor zorgen. Tot slot is de temperatuurmethode behoorlijk complex en vereist het veel nauwkeurigheid. Je moet je temperatuur op vaste momenten van de dag, met dezelfde thermometer opmeten om een goed beeld te krijgen. 

Bij de meeste voorbehoedsmiddelen is de betrouwbaarheid zeer hoog. Er zijn een aantal methoden waarvan sommige mensen beweren dat ze een goede bescherming bieden tegen ongewenste zwangerschappen maar die aanzienlijk minder betrouwbaar zijn dan de meest gebruikte anticonceptiemiddelen. Hieronder worden deze toegelicht. 

Voor het zingen de kerk uit

Deze methode wordt ook wel ‘coïtus interruptus’ genoemd, wat letterlijk ‘onderbroken geslachtsgemeenschap’ betekent. Bij deze methode wordt de penis voor het klaarkomen uit de vagina teruggetrokken. Dit is erg onbetrouwbaar omdat in het voorvocht van de man ook spermacellen zitten die een eicel kunnen bevruchten. Bovendien wordt de penis soms niet op tijd teruggetrokken en is er toch een zaadlozing in de vagina van de vrouw. 

Periodieke onthouding

Bij periodieke onthouding heb je geen onbeschermde seks rond de ovulatie. De ovulatie wordt berekend op basis van de menstruatiecyclus. Deze methode is onbetrouwbaar, omdat veel vrouwen geen regelmatige cyclus hebben en het lastig is om de ovulatie precies te bepalen. 

Temperatuurmethode

Met de temperatuurmethode weet je wanneer je eisprong is en wanneer je vruchtbaar bent. Rond je ovulatie stijgt je temperatuur met 0,2 of 0,3 graden Celsius. Als je rond de ovulatie geen seks hebt, kun je in principe niet zwanger worden. Maar deze methode is behoorlijk onbetrouwbaar, omdat pas achteraf bepaald kan worden wanneer je eisprong heeft plaatsgevonden. In de vijf dagen voor de ovulatie kun je ook al zwanger worden. Daarnaast kan je lichaamstemperatuur ook door andere dingen stijgen. Een kleine verkoudheid of een onschuldige ontsteking in je lichaam kan de temperatuur al licht laten toenemen. Ook een kop koffie, warme (elektrische) deken of een beetje stress kan hier al voor zorgen. Tot slot is de temperatuurmethode behoorlijk complex en vereist het veel nauwkeurigheid. Je moet je temperatuur op vaste momenten van de dag, met dezelfde thermometer opmeten om een goed beeld te krijgen. 

Wisselen van anticonceptie

Vind je het tijd voor een andere anticonceptiemethode? Bijvoorbeeld vanwege bijwerkingen, een verandering in je leefstijl of omdat je ‘pilmoe’ bent? Dan is het goed om je in de keuzemogelijkheden te verdiepen. Geen vrouw is namelijk hetzelfde. En ook de leefomstandigheden kunnen voor iedereen anders zijn. Een topsporter heeft andere wensen dan een vrouw die na de bevalling een nieuwe keuze overweegt. Een stewardess heeft andere behoeften dan iemand met een meer regelmatig tijdschema. Omdat iedere vrouw anders is, zijn er ook een heleboel verschillende anticonceptiemiddelen beschikbaar. Het is zeker de moeite waard om je hierin te verdiepen! 

Vind je het tijd voor een andere anticonceptiemethode? Bijvoorbeeld vanwege bijwerkingen, een verandering in je leefstijl of omdat je ‘pilmoe’ bent? Dan is het goed om je in de keuzemogelijkheden te verdiepen. Geen vrouw is namelijk hetzelfde. En ook de leefomstandigheden kunnen voor iedereen anders zijn. Een topsporter heeft andere wensen dan een vrouw die na de bevalling een nieuwe keuze overweegt. Een stewardess heeft andere behoeften dan iemand met een meer regelmatig tijdschema. Omdat iedere vrouw anders is, zijn er ook een heleboel verschillende anticonceptiemiddelen beschikbaar. Het is zeker de moeite waard om je hierin te verdiepen! 

Anticonceptie en vergoeding

Tot 18 jaar wordt de anticonceptie vergoed. Tussen 18 en 21 jaar valt de anticonceptie onder het eigen risico. En afhankelijk van het type verzekering, kan de anticonceptie vanaf 21 jaar onder de aanvullende verzekering vallen.

Tot 18 jaar wordt de anticonceptie vergoed. Tussen 18 en 21 jaar valt de anticonceptie onder het eigen risico. En afhankelijk van het type verzekering, kan de anticonceptie vanaf 21 jaar onder de aanvullende verzekering vallen.

Anticonceptie na de bevalling

Net na de bevalling heb je natuurlijk enkel oog voor je baby. Al snel vraag je je wellicht af wanneer je weer aan anticonceptie na je bevalling kunt beginnen. Het is dan belangrijk om goed na te denken over je situatie. Geef je bijvoorbeeld borstvoeding? Dan is niet iedere methode geschikt. Zo kun je bijvoorbeeld pas weer met de pil, een anticonceptiepleister of een anticonceptiering beginnen als je gestopt bent met borstvoeding geven. Wel kun je (in overleg met je huisarts) tijdens het geven van borstvoeding aan de oestrogeenvrije pil, de prikpil, een anticonceptiestaafje of een spiraaltje. Maar wil je binnen drie jaar weer een volgend kindje? Dan overweeg je misschien minder snel een langetermijnmethode. En zo zijn er nog een aantal vragen die je jezelf kunt stellen.

Net na de bevalling heb je natuurlijk enkel oog voor je baby. Al snel vraag je je wellicht af wanneer je weer aan anticonceptie na je bevalling kunt beginnen. Het is dan belangrijk om goed na te denken over je situatie. Geef je bijvoorbeeld borstvoeding? Dan is niet iedere methode geschikt. Zo kun je bijvoorbeeld pas weer met de pil, een anticonceptiepleister of een anticonceptiering beginnen als je gestopt bent met borstvoeding geven. Wel kun je (in overleg met je huisarts) tijdens het geven van borstvoeding aan de oestrogeenvrije pil, de prikpil, een anticonceptiestaafje of een spiraaltje. Maar wil je binnen drie jaar weer een volgend kindje? Dan overweeg je misschien minder snel een langetermijnmethode. En zo zijn er nog een aantal vragen die je jezelf kunt stellen.

Gezin compleet

Wanneer je gezin compleet is en je besloten hebt dat je geen kinderen meer wilt, sta je voor een nieuwe anticonceptiekeuze met veel verschillende opties: 

  • een definitieve sterilisatie?
  • een anticonceptiemethode voor meerdere jaren (anticonceptiestaafje of spiraal)?
  • iedere drie maanden de prikpil?
  • of toch een methode waarmee je de menstruatie onder controle kunt blijven houden (combinatiepil, pleister of anticonceptiering)?

Er zijn diverse mogelijkheden wanneer je gezin compleet is. Niet-definitieve methoden zijn bovendien net zo betrouwbaar als een sterilisatie. Omdat dit vaak een beslissing is voor de langere termijn, is het belangrijk om je goed te verdiepen in deze keuze. Is jouw gezin compleet, maar ben je toch zwanger geworden? Lees dan ons artikel over onbedoelde zwangerschap.

Wanneer je gezin compleet is en je besloten hebt dat je geen kinderen meer wilt, sta je voor een nieuwe anticonceptiekeuze met veel verschillende opties: 

  • een definitieve sterilisatie?
  • een anticonceptiemethode voor meerdere jaren (anticonceptiestaafje of spiraal)?
  • iedere drie maanden de prikpil?
  • of toch een methode waarmee je de menstruatie onder controle kunt blijven houden (combinatiepil, pleister of anticonceptiering)?

Er zijn diverse mogelijkheden wanneer je gezin compleet is. Niet-definitieve methoden zijn bovendien net zo betrouwbaar als een sterilisatie. Omdat dit vaak een beslissing is voor de langere termijn, is het belangrijk om je goed te verdiepen in deze keuze. Is jouw gezin compleet, maar ben je toch zwanger geworden? Lees dan ons artikel over onbedoelde zwangerschap.

Verder lezen

Pagina laatst aangepast op 15-03-2023

Auteur: Redactie Gezondheidsplein

Vond je deze informatie nuttig?

3 uit 5 - 4 beoordelingen

Heeft deze informatie jou geholpen?

.
- Advertentie -
- Advertentie -